De Horecawet
In de Alcoholwet, die sinds 1 juli 2021 geldt en de Drank- en Horecawet vervangt, staan voorwaarden genoemd waaraan moet worden voldaan om bedrijfsmatig alcohol te mogen verstrekken.
Er wordt daarbij onderscheid gemaakt tussen zwak-alcoholhoudende drank en sterke drank. Zwak-alcoholhoudende dranken zijn dranken met een alcoholpercentage van minder dan 15%. Sterke drank bevat 15% alcohol of meer. Voorbeelden van zwak-alcoholhoudende dranken zijn bier, wijn en mixdrankjes. Voorbeelden van sterke drank zijn jenever, whisky en rum.
Ook maakt de Alcoholwet onderscheid tussen het verstrekken van alcoholhoudende drank voor gebruik ter plaatse (horeca) en het verstrekken van alcoholhoudende drank voor gebruik elders dan ter plaatse (detailhandel, slijterij).
Onder meer is in de Alcoholwet bepaald:
-
de eisen waaraan een horeca-inrichting moet voldoen;
-
dat leidinggevenden van een horecabedrijf of slijterij ingeschreven moeten staan in het Register sociale hygiëne
-
dat prijsacties met meer dan 25% korting voor de detailhandel en slijterijen niet toegestaan is;
-
dat het strafbaar is voor een volwassene om alcoholhoudende drank te kopen, bijvoorbeeld in de horeca, en door te geven aan een minderjarige;
-
leeftijdscontrole bij “alcoholverkoop op afstand” en
-
het overgangsrecht.